De leiderschapscarrousel

'Het ontbreekt aan goed leiderschap' is een vaak gehoorde klacht. De politiek worstelt met de Fortuynrevolte van 2002 en sinds de financiële crisis van 2008 staan ook leiders in het bedrijfsleven ter discussie. Vluchtige analyses van journalisten en managementgoeroes domineren het debat, maar daarin ontbreekt de belangrijkste les: ieder tijd vraagt zijn eigen leider. Leiderschap is daarom een historisch vraagstuk en wie dat beseft kan de geschiedenis benutten om een antwoord te geven op de problemen die iedere leider tegenkomt: hoe kan ik verbinden, veranderen en overtuigen.

Keulen en Kroeze stellen dat de invulling van Nederlands leiderschap varieert van 'sterke man' en bescheiden paternalist tot haastige manager en dienende moralist. Alle ideaaltypen passen in hun tijd. Daarom wijzen de auteurs op de noodzakelijkheid van historisch besef en tonen ze hoe het verleden in het heden doorwerkt. Succesvolle leiders, maar ook ministeries, bedrijven en politieke partijen laten zich voortdurend inspireren door het verleden.

Met onder meer Jeroen van der Veer (CEO Shell 2004-2009), Aarnout Loudon (bestuursvoorzitter AKZO-NOBEL 1982 1994), Wolter Lemstra (secretaris-generaal 1981-1991), Annemarie Jorritsma (minister en burgemeester vanaf 1994) en Ruud Lubbers (minister-president 1982-1994) spreken Keulen en Kroeze over hoe je goed leiderschap vormgeeft, welk verhaal daarbij hoort en hoe goede leiders de geschiedenis in zullen gaan. Voor het eerst kijken Cees van der Hoeven (CEO AHOLD 1993-2003) en Rijkman Groenink (CEO ABN-AMRO 2000-2007) openlijk terug op hun succes en gedwongen vertrek. Groenink kwam daarbij tot de conclusie: 'je kunt je niet losmaken van het verleden'.